en de fr es

Home Alfabet Categorieën Link aanmelden Link wijzigen Adverteren Login Contact

Boek bestellen

U kunt het boek via de webshop bestellen bij de uitgever Free Musketeers ( www.freemusketeers.nl ). Een andere optie is het boek te bestellen bij de familie. Stuurt u ons dan een mail en laat weten of u het boek bij ons thuis of tijdens de presentatie afhaalt. Het boek telt ongeveer 344 pagina’s en kost €23,95 exclusief verzendkosten. Stuur een mail naar wojtkowiak@hetnet.nl

Contact

wojtkowiak@hetnet.nl

De erfenis

Ik heb een manuscript geërfd. Van mijn vader. Nadat hij met de VUT is gegaan heeft hij zichzelf geleerd met tien vingers te typen. Het bedrijf waar hij veertig jaar werkte, adviseerde de aanstaande vutters vooral hobby’s te zoeken. De echtgenotes werd aangeraden vooral begrip te hebben. Hij is vervolgens zijn eerste boek gaan schrijven, over zijn Poolse familie en zijn jeugd in een Zuid Limburgs dorpje aan de Duitse grens. Dit gebeurde in de serre, zijn werkterrein, achter de computer die tegen de muur stond. Met een handspiegeltje provisorisch rechts boven de computer gemonteerd zodat hij tegelijk tv kon kijken en zijn vrouwen in de woonkamer achter zich in de gaten kon houden. Als er bezoek voor hem kwam, draaide hij met zijn ogen en vroeg ons, zijn vrouwen, een smoes te verzinnen. Hij kon het niet opbrengen om anderen aan te horen. Hij wilde schrijven. Veel tijd en aandacht voor zijn vrouwen had hij ook niet, behalve als het over het boek ging. Voor ons, zijn dochters en vrouw, was dit proces vooral een zoveelste herhaling van verhalen en anekdotes. Het was moeilijk hier steeds enthousiast over te zijn. Mijn vader trok zich daar weinig van aan en vond een maatje in de buurman, een kunstschilder. Ze zaten veel aan de keukentafel waar mijn moeder ze allerlei lekkers voorschotelde zoals aspergesoep en tomatensalade met zoete ui en bergen knoflook. Mijn vader voorlezend uit eigen werk en de buurman, in een hasjwolk, soms zelfs slapend, de verhalen aanluisterend en van commentaar voorziend. Twee oude mannen met hun typische humor waarbij mijn moeder een aardige duit in het zakje deed. We waren wel trots toen zijn boek uitgegeven werd. En heel erg geschrokken toen we hoorden dat hij prostaatkanker had in een vergevorderd stadium. Er was eerder sprake van weken en misschien een paar maanden dan van jaren. Maar ook hier trok mijn vader zich niet veel van aan. Hij kwam naar huis; niet om rustig en in een prettige en vertrouwde omgeving te sterven. Nee, om zijn tweede boek te schrijven. Over zijn wederwaardigheden binnen een groot chemieconcern, toen nog in opkomst, in Zuid-Limburg. De buurman kunstschilder was inmiddels naar elders vertrokken. Mijn vader vroeg mij, zijn oudste dochter, hem te helpen bij het redigeren van het eerste, ruwe manuscript. Ik werd erin gezogen. Eén hete zomer lang zaten wij in de serre, de deuren open maar de gordijnen dicht, aan de andere kant van de gordijnen mijn moeder en zusjes en altijd wel iets van koek en bezoek. Meeluisterend en meedenkend, lachend om onze discussies en soms commentaar leverend. Waardoor mijn vader en ik uitermate verstoord raakten. ’s Avonds werd de open haard aangemaakt, hoe warm het ook was. De buurman tot waanzin drijvend. Mijn vader lag dan, dicterend, op zijn hoog-laag bed, ik typend naast hem op de computer. “Wil je dat ik hier als een typiste naast je zit of mag ik ook mee denken?” vroeg ik hem op een keer. “Als je maar weet,” antwoordde hij, “het is míjn boek!” Toch vond hij het leuk om mij te betrekken in het verhaal. Uren waren we er mee bezig geweest, lettend op taal en stijl en of het voor de lezer te bevatten was. Mijn vader, een filosofisch beta -man, leidde mij, als een Sjakie in de chocoladefabriek, met mijn sociaal academische achtergrond door de hele fabriek, leidingen volgend, langs buizen en cilinders, kolven en titreerrekken, capillaire kolommen, opstellingen, panelen en zowat het hele periodiek systeem met zijn vluchtig, vloeibaar en vast materiaal, chromatografen en schrijvende meters passerend. Ik ging er helemaal in op en had een klein vraagje: “Op welke plek werden die metingen nou precies gedaan?” Het werd stil, ik voelde mijn oksels prikken en de priemende ogen van mijn vader. Ik keek hem aan. Hij riep uit, de armen in vertwijfeling de lucht in heffend: “Ja, als jíj dat al niet begrijpt… waar schrijf ik dan dat boek voor, dan kunnen we beter stoppen want dan begrijpt niemand het!” Ik was verbouwereerd. Kon op dat moment niets anders dan naar huis gaan, mijn vader in totale ontreddering achterlatend. Ondanks een fles rode wijn kon ik de slaap niet vatten. Dat ik, met mijn mavo wis- en scheikunde, niet begrepen had dat die metingen overal in de fabriek werden uitgevoerd, dat het daar nu net om ging, dat hij daar, soms met gevaar voor eigen leven, pionierswerk voor had verricht! De volgende dag zat ik weer naast hem en gingen we verder waar we gebleven waren. Tegen het eind van die zomer is hij overleden. Wij, zijn vier vrouwen, hebben hem beloofd zijn tweede boek uit te brengen. Het is duidelijk: zijn wis- en scheikundeknobbel heb ik niet geërfd. Zijn schrijftalent wel? Schinveld, 8 juni 2008 Panja Wojtkowiak

Het is zover

Met trots melden wij u dat eind september de eerste exemplaren van Geduld en schudden/ Herinneringen aan een microkosmos in de chemie, geschreven door Stephan Wojtkowiak, van de drukpersen rollen. In dit boek vertelt Stef Wo over zijn wederwaardigheden binnen en buiten het lab van een fabriek van de Staatsmijnen, beginnend in het jaar 1954 en eindigend met de VUT in 1994, bij Lab Polychem, DSM, in een leidinggevende functie. Als chemisch analist heeft hij dan pionierswerk verricht in onder meer de hand en online analyses en de gaschromatografie. Hij heeft de opstarts van fabrieken en kraakinstallaties meegemaakt, reorganisaties en fusies. Hij vertelt over enkele markante figuren die zijn pad gekruist hebben, de veranderende cultuur binnen het bedrijf maar ook daarbuiten. Hij spaart zichzelf óók niet: vermakelijk vertelt hij over zijn eigen successen en blamages.

Hoe hupt een haas?

Stephan Wojtkowiak was de zoon van Poolse emigranten. Over de wederwaardigheden van zijn familie, zwervend door Europa op zoek naar werk, om tenslotte in de Limburgse mijnstreek terecht te komen, schreef hij in 1999 het boek ‘Je moet weten hoe haas hupt’. Begonnen als het vertalen van het dagboek van zijn oma is dit geculmineerd in een kroniek over zijn geboortedorp Schinveld.

Lena:

Limburgs mijnmuseum

  • Achterom binnen.nl  

Links

  • Bach.startpagina.nl bach.startpagina.nl
  • Draadstaal Draadstaal
  • FNV Home FNV Home
  • Free Musketeers
  • Mondriaan Zorggroep Mondriaan Zorggroep | 
  • Partij van de Arbeid - PvdA Partij van de Arbeid - PvdA
  • Polen, vakantie Polen,... Polen, vakantie Polen, vakantiehuizen Polen - Polen.NL -
  • Theater Landgraaf Theater Landgraaf

Meer links

  • De Volkskrant, het... de Volkskrant, het laatste nieuws 
  • Wyborowa - Wikipedia Wyborowa - Wikipedia
  • Zinvolle onzinnigheid -... zinvolle onzinnigheid - aforismen

Nog meer links

  • Harry Bartels.nl  

Nooit een goed analist

“De bepaling van zwavel als bariumsulfaat gebeurt door neerslagvorming in een bekerglas van een liter, waar de zwavel zich als sulfaat in een alkalische, fenolftaleïne rode waterige oplossing bevindt.” De Pluim vervolgt dan: “Daaraan voeg je een verdunde oplossing van bariumchloride toe, die een ragfijn wit neerslag doet ontstaan. Dat moet je enige tijd op het stoombad laten staan rijpen.” Stef Wo en zijn collega’s zetten intussen de filtreeropstelling klaar. Op ingenieuze wijze moet in de trechter een nat en strak aangehecht papieren filter zonder onderliggende luchtbel worden geplaatst. “Jullie moeten elke bepaling in tweevoud uitvoeren. Wanneer de oplossing tot rust is gekomen, bevindt zich het grootste deel van het neerslag op de Braam van de beide bekerglazen. Vóór het afschenken, het decanteren, van de vloeistof, wrijf je eerst met de punt van je wijsvinger langs een neusvleugel en dan langs de rand van de tuit van het bekerglas om daar een laagje vet huidsmeer aan te brengen. Zodat bij het afschenken van de oplossing geen vloeistof langs de buitenwand van het bekerglas naar beneden loopt.” De Pluim kijkt even schuin naar de bekendste knoeilap van de groep en vervolgt dan: “Denk eraan Wo, tijdens het decanteren mag geen schijntje van het af te filtreren bariumsulfaat langs die buitenwand verloren gaan. De suspensie van het neerslag moet je voorzichtig langs de omlaag gehouden roerstaaf op het papierfilter gieten. De neerslagresten die zich nog op de wand van het bekerglas bevinden, moet je met je spuitfles met heet water langs de roerstaaf op het filter spoelen.” Deze keer is Stef Wo eens niet als laatste klaar met zijn werk. Hij besluit naar het toilet te gaan. Wanneer hij daarvan terugkeert ziet hij dat er rond zijn werktafel een twaalftal collega’s zijn verzameld. Een paar kijken vol ontzetting naar het werkblad dat afgelopen zaterdag nog met boenwas gepoetst was. Anderen hebben de blik al afgewend. Het hele blad is bezaaid met witte spettertjes bariumchloride. Dan kun je aannemen dat daar ook het nodige gezochte bariumsulfaat bij zal zitten. De Pluim met in zijn mond de korte steel van een dikke pijpenkop, ‘twee rotkoppen aan één steel’, staat er hoofdschuddend bij. Dan wendt hij zich berustend tot de jongeman: “Wo, jij wordt nooit een goed analist.”

Sjilvends

  • Sjilvends.nl  

Stef:

Stephan Wojtkowiak

STOP awacs

  • GroenFront! - EarthFirst! GroenFront! - EarthFirst!
  • Stop Awacs - Home Stop Awacs - Home

Vervolg

In dit tweede boek ging mijn vader op (onder)zoek naar zijn eigen geschiedenis vanaf de jaren vijftig. Hij vertelt over zijn carrière als chemicus bij DSM in een tijd die zich kenmerkt door vernieuwing, verandering en verfijning, kortom een geweldige tijd voor een pionier pur sang. Kritisch en op de voet volgde hij de ontwikkeling van het bedrijf en raakte geregeld in conflict waarbij de gemoederen hoog op konden lopen. Hij kon zich vastbijten in een zaak, vechtend tegen windmolens, blunderen maar ook triomferen als voorspellingen uitkwamen. Hij bevond zich regelmatig tussen hamer en aambeeld: de mannenwereld op het werk en de vrouwenwereld thuis, de linkse ideeën die hij privé opstak en de rechtse ideeën waarmee hij op zijn werk geconfronteerd werd, hetgeen zijn politieke ontwikkeling sterk beïnvloed heeft. En dan de verhalen van zijn familie en zijn gezin, een aantal vrienden en collega’s, ook die vinden in dit boek een plaats. Hij bezat een enorm archief bestaande uit boeken, krantenartikelen, knipsels en vooral een ijzeren geheugen. Ik heb me vaak verwonderd over de heftigheid van zijn emoties tijdens het schrijven van dit boek. Het was of hij de situaties weer helemaal herbeleefde. Alsof hij nu pas in staat was er een emotionele betekenis aan te geven. Dit is geen boek zonder boodschap. Mijn vader - zich uiteindelijk utopisch - socialist voelend – keek de laatste jaren met afgrijzen waar het in Nederland naartoe ging. Hij waarschuwde steeds weer voor ‘Amerikaanse toestanden’. Hij noemde dat ‘de valse romantiek van de wereld van Charles Dickens’ : een wereld waarin de overheid zich terugtrekt ten gunste van particulier initiatief en liefdadigheid, een wereld waarin de mensen zelf hun broek op moeten houden en zij die daar niet toe in staat zijn overgeleverd zijn aan de welwillendheid van anderen. Eén van de drijfveren om dit boek te schrijven was de zwakke positie van werknemers binnen bedrijven. Hij was voortdurend bezig met de emancipatie van de ‘factor arbeid’ ten opzichte van de ‘factor kapitaal’. Een zaak die in zijn ogen nu nog steeds van groot belang is. Dit is ook geen boek zonder frustraties. Onrecht, hemzelf of anderen aangedaan, maakte hem soms tot een (lawaaierige) missionaris die iedereen, ook degenen die daar geen behoefte aan hadden, daarvan deelgenoot maakte. Soms voelde hij zich als een roepende in de woestijn.

Voorwoord

Toen mijn vader overleed, op 30 augustus 2005, was dit boek net af, op de correcties en het voorwoord na. Bijna twee jaar daarvoor had hij te horen gekregen dat hij prostaatkanker had in een vergevorderd stadium. In plaats van de 6 weken die hem toegemeten werden door de artsen, wist hij zijn ‘blessuretijd’, zoals hij die periode noemde, met voldoende tijd te verlengen om zijn laatste project af te ronden. Dit in samenwerking met zijn behandelend arts en huisarts. We hebben fantastische herinneringen aan de lange schrijfsessies in de studeerkamer, omringd door zijn verzameling parafernalia uit de wereld van de chemie, dochter achter de pc, voorlezend, typend, ruziënd, vader op zijn hoog-laagbed, soms schaterlachend, soms huilend om passages die hij nota bene zelf had geschreven.

© 2006-2024 Jouwpagina.nl | Pagina maken | Algemene voorwaarden | Contact